Print dit schema uit en omcirkel je score op het moment dat je het ziet. Verbetert (of verslechtert) de deelnemer in de loop van de presentatie, omcirkel beide rubrics en gebruik een pijl. De deelnemer ontvangt na afloop een keurig exemplaar voor in het portfolio.
Ei | Rups | Pop | Vlinder | |
---|---|---|---|---|
Doel Bereiken | Je zit nog in je ei, komt er nog niet uit | Komt wel ergens al is het niet ver | Gaat nog wel even duren | Kan vrij vliegen en landen |
Inhoud | Nog erg mager | Pootjes zijn nog klein. Eet goed. | Het is een hele klus | Kleurrijk en compleet |
Contact Publiek | Gericht op de beamer of te dichtbij | Is wel te volgen | Verstoppertje. Zoekt een goede plant om te schuilen. | Betovert het publiek |
Lichaams-taal | Klein | Komt op een gegeven moment wel op gang. | We weten het niet precies | Opbouwend en effectief |
Stem-gebruik | Zwak en/of vlak | Rustig en steviger | Ingewikkeld, moeilijk te volgen | Speelt met intonatie, tempo en kracht |
Spreken | Losse woorden, woordgroepen, onsamen-hangend | Maakt eenvoudige zinnen | Zegt niet veel maar dan is het wel raak. Blijft zitten waar die zit. | Goed tempo, vloeiend sprekend. Grotere segmenten omvatten. |
Visuals | Niet altijd even goed zichtbaar of leesbaar. Kleurgebruik warrig | Netjes en gestructureerd | Donker of absent. | Schitterend (nachtvlinder kan ook) |
Je ontwikkelt je niet in een rechte lijn, maar in meerdere fases. We gebruiken de symboliek van de levenscyclus van de vlinder. De criteria komen ergens anders uit het verhaal lijken desondanks best aardig, in eerste instantie.